Hoe word je fit?
Conditie bij kanker is zeer belangrijk! Maar hoe word je fit?
Meerdere wetenschappelijke studies, waarbij kwetsbare patiënten voorafgaand aan een grote buikoperatie een trainingsprogramma doorliepen om de conditie te verbeteren, tonen aan dat deze mensen na slechts 2-4 weken training al een indrukwekkende verbetering in de conditie zien. Ondanks deze veelbelovende resultaten is het nog onduidelijk waardoor deze snelle verbetering in conditie kan optreden en er zijn ook patiënten die weinig tot geen verbetering behalen door conditietraining.
Fiets in de MRI-Scanner?
Om inzicht te krijgen is door UMC Groningen gestart met een nieuwe studie waarbij patiënten, voorafgaand en na een trainingsprogramma, korte inspanningstesten in een MRI-scanner uitvoeren. Met deze testen wordt gekeken hoe de beenspieren en de hartspier reageren op inspanning.
Hoe gaat dit in zijn werk?
Om naar spieren in een mensenlichaam te kijken kun je iemand op een hometrainer zetten en de persoon, nadat deze actief is geweest, snel liggend laten plaatsnemen in een MRI. Op die manier kunnen de beenspieren of de hartspier in kaart gebracht worden. Het nadeel hiervan is dat er wat tijd overheen gaat voordat iemand van de fiets is afgestapt en de MRI-scanner is opgestart. In die tijd is er al weer veel in het lijf aangepast en is het lichaam deels alweer in rusttoestand. In UMC Groningen hebben ze daar nu een unieke oplossing voor: fietsen in een MRI.
Maar hoe kun je fietsen in een smalle MRI buis?
Onderzoekers hebben, samen met een producent van trainings- en meetapparatuur een fiets ontwikkeld die op de rails van de MRI past. Al liggend in de MRI kan de patiënt daardoor fietsbewegingen maken, waarbij de spieren gemeten worden en de MRI ook tal van andere metingen kan doen. Het is uniek in Nederland en in de hele wereld is er slechts een klein aantal plekken waar dit kan.
En wat kan men dan vaststellen?
Onderzoekers die zich bezighouden met het zo fit mogelijk maken van mensen met kanker, willen hiermee beter begrijpen waarom sommige mensen heel snel en anderen juist veel moeilijker fit te krijgen zijn. Met die resultaten kan een trainingsprogramma nog beter afgestemd worden op de patiënt.
